Inhoud opleiding
De gecombineerde opleiding Middelbare Veiligheidskunde-Middelbare Arbeidshygiëne bestaat uit:
Module Inleiding en wet- en regelgeving
Inleiding en wet- en regelgeving
- Kennismaking met het werkveld
- Rol en positie Middelbaar Veiligheidskundige/Middelbaar Arbeidshygiënist
- Arbowetgeving (van Europa tot Nederland)
- Aanverwante wetgeving
- Normen, richtlijnen en catalogi
- Rol van handhavers.
Advies- en beïnvloedingsvaardigheden
- Zicht hebben op eigen competenties
- Organisatiestructuren en -culturen
- Vanuit eigen competenties organisaties kunnen beïnvloeden
- Omgaan met weerstanden
- Verandermanagement
- Rapporteren en presenteren.
Module Veiligheid en Arbeidshygiëne
Algemene Veiligheid
- Bouwveiligheid
- Arbeidsmiddelen en machines
- PBM’s
- Ongevallen
- Patiëntveiligheid.
Algemeen arbeidshygiëne
- Fysische factoren (geluid, klimaat, trillingen, straling en verlichting)
- Gevaarlijke stoffen (basis chemie, etikettering en VIB, toxische informatie)
- Biologische agentia (aanwezigheid, effecten en classificatie)
- Ergonomie (tillen, duwen, trekken, neerzetten en energetische belasting).
Verzuim en PSA
- Algemene principes rondom PSA
- Werkbelevingsonderzoeken
- Mentale fitheid.
Module Risico-inventarisatie en -evaluatie
- Achtergronden RI&E’s
- RI&E-methodes (incl. TRA en LMRA)
- Risico rankingmethodieken
- Opstellen plan van aanpak
- Risico management en arbozorg systemen
- Gevaren inventariseren, herleiden tot risico’s en kunnen evalueren.
Module Veiligheid
Bouwveiligheid
- Organisatorische elementen van opdrachtgever tot aannemer
- Werken op hoogte
- Besloten ruimten
- Horizontaal en verticaal transport
- Werkplekken.
Arbeidsmiddelen en machineveiligheid
- Arbobesluit
- CE-markering en Machinebesluit in de praktijk
- Drukhouders.
Elektrische veiligheid
- Praktisch kunnen omgaan met de NEN 3140 en NEN 1010
- Keuren en onderhouden.
Procesveiligheid
- Explosieveiligheid (ATEX)
- Impact van Seveso, ARIE en BEVI
- Kwalificeren en kwantificeren van risico’s.
Module Leren van incidenten
Ongevallen en incidenten
- Ongevallenanalysemethoden en basis statistiek
- Ongevalregistratie en meldingsprocedures
- Risicofactoren voor het ontstaan van een ongeval.
Calamiteiten, brandveiligheid en BHV
- Algemene principes
- Bouwkundige elementen
- Technische voorzieningen
- Bedrijfsnoodplannen
- Proactie, preventie, preparatie, repressie en nazorg.
Module Fysieke belasting
- Ergonomische principes
- Herkennen van situaties waarbij sprake is van mogelijke fysieke overbelasting
- Samenhang tussen fysieke en mentale belasting
- Mogelijke beheersmaatregelen
- Herkennen van risicovolle situaties
- Herinrichting/nieuwbouw van arbeidsplaatsen volgens de ergonomische principes.
Module Gevaarlijke stoffen
- Gevaren en risico’s van het werken met gevaarlijke stoffen en biologische agentia
- Verschillende meetmethoden en meetapparatuur voor gevaarlijke stoffen en biologische agentia
- Rol en effect van biomonitoring
- Begrijpen, beoordelen en uitvoeren van een meetstrategie
- Interpreteren van niet complexe meetwaarden
- GHS-CLP en Reach.
Met een praktijkdag voor het werken met meetapparatuur.
Module Fysische factoren
- Theoretische achtergrond van geluid, trillingen, klimaat, verlichting en straling
- Risico’s van ioniserende en niet-ioniserende straling
- Risico’s van lichaams- en handarmtrillingen
- Beheersmaatregelen ter optimalisatie van de werkomstandigheden straling, verlichting, geluid en trillingen.
Inclusief praktijkdag.
Scriptietraject
De opleiding wordt met een arbeidshygiënische en een veiligheidskundige scriptie afgesloten. Bij het volgen van de combi-opleiding is het schrijven van een gecombineerde scriptie mogelijk. Beide onderdelen dienen volwaardig te worden behandeld in deze scriptie.
Voor de scripties voer je een praktijkopdracht uit, bij voorkeur in het eigen bedrijf of bij een grote klant. De scripties betreften meestal een actueel veiligheids- en/of arbeidshygiënisch probleem in dat bedrijf. Zowel het bedrijf als de cursist heeft dan baat bij de scriptie en zo kost het relatief de minste tijd. Samen met enkele medecursisten vorm je een scriptiegroep (als intervisiegroep), waarin de scriptie besproken wordt. PHOV wijst een mentor toe voor het beantwoorden van vragen over de scriptie.
Mocht je geen werkgever hebben (waar je de scriptie uit kunt voeren), kijken we samen naar de mogelijkheden binnen een (ander) bedrijf.