Zuurkasten, eigenlijk een vreemde term. Zuurtjeskasten begrijp ik beter: vroeger bij de kruidenier, waar de snoepjes zoals zuurtjes in lagen.
De term zuurkast zet medewerkers op het verkeerde been. Mag in zuurkasten dan alleen met zuren worden gewerkt? En wat dat als ik met sterke basen, giftige stoffen of vluchtige organische oplosmiddelen werk? Laatst nog beweerde een practicumleider op een universiteit, die het met veiligheid niet zo nauw nam, dat zijn studenten met bijna alle stoffen gewoon op de laboratoriumtafels konden werken (inclusief stoffen als tolueen en xyleen). En dat alleen als met rokend zwavelzuur gewerkt werd, men van de zuurkasten gebruik moesten maken. Die nam de term ‘zuur’kast echt letterlijk.
Waarom noemen we zuurkasten nog steeds zo?
Waarschijnlijk omdat we dat nu eenmaal altijd zo doen en vergeten zijn de term bij te stellen toen we in de loop van de tijd met steeds meer soorten stoffen in deze kasten zijn gaan werken. Zuurkasten hebben hun oorsprong bij de alchemisten met hun gemetselde smidse met rookkanaal. Hoe kunnen we deze kasten dan wel noemen? Wikipedia spreekt over ‘trekkast’. Er moet, net als in het vroegere rookkanaal, een trek heersen die de schadelijke dampen van ons af voert. Maar om nu alle zuurkasten voortaan trekkast te noemen? Dat geeft weer een heleboel andere onbedoelde associaties.
Een term voor een nieuw type zuurkast die de laatste tijd opkomt is GAP-kasten: Gevaarlijke Arbeidsplaats-kasten, overgenomen uit het Duits. In het Nederlands ook wel Gevaarlijke Stoffen Werkplek genoemd, afgekort tot GAP-werktafels, want GSW-kast bekt niet lekker.
Zuurkasten zijn al lang bewezen effectieve omkaste ventilatievoorzieningen met een zeer hoge protectiefactor. Als zij op een goede wijze worden gebruikt, biedt de zuurkast een zeer effectieve bescherming voor de werker voor zowel zware als lichte gassen en dampen en tevens ook voor vaste stoffen (poeders e.d.).
In laboratoria is het beschermen van de medewerkers tegen de invloeden van chemische stoffen mogelijk nog belangrijker dan in industriële omgevingen. Dit omdat in laboratoria met een breed scala aan chemische stoffen wordt gewerkt, zij het in relatief kleine hoeveelheden. In industriële omgevingen wordt meestal met een beperkt aantal chemische stoffen gewerkt maar dan in veel grotere hoeveelheden. Bij blootstelling aan verschillende stoffen, kan sprake zijn van synergistische effecten: de stoffen versterken elkaar in hun negatieve werking op de gezondheid. Door de veelheid aan chemische stoffen zouden laboratoria daarom als de meest onveilige werkplekken kunnen worden beschouwd. Maar aan de andere kant kunnen de laboratoria juist als zeer veilige werkplekken worden beschouwd omdat juist daar zeer goede voorzieningen kunnen zijn zoals zuurkasten, laminaire flowkasten enz.
Maar deze moeten dan wel goed werken en op een juiste wijze worden gebruikt. En daaraan schort het vaak. Maar dat komt niet door de benaming, op die enkele universitaire medewerker nagelaten (geselecteerd op IQ?).